Modaal inkomen, ook wel modaal salaris genoemd, is het inkomen wat het vaakst voorkomt wanneer wordt gekeken naar alle mogelijke inkomens van alle werkende Nederlanders. Het woord modaal is afgeleid van het statistische begrip ‘modus’ en betekent ‘de meest voorkomende’. Voor 2025 heeft het CPB het bruto modaal inkomen vastgesteld op €46.500 euro bruto per jaar (incl. vakantiegeld). Dit betekent dat een bruto jaarsalaris incl. vakantiegeld van €46.500,- in 2025 het meeste voorkomt als er wordt gekeken naar alle werkende Nederlanders. In de volksmond wordt iemand met een modaal inkomen ook wel ‘Jan Modaal’ genoemd.
In het vervolg van dit artikel ga ik nader in op verschillende aspecten van modaal inkomen. Zo wordt gekeken naar het modaal inkomen van 2000 tot en met 2025, de rol, de achtergrond van de historische ontwikkeling ervan én wat het verschil is tussen modaal & gemiddeld inkomen.
Bruto modaal inkomen van Nederland in tabel (2000-2025)
Het bruto modaal inkomen in Nederland is in de afgelopen decennia regelmatig aangepast aan economische ontwikkelingen, cao-lonen en inflatie. Jan Modaal, de fictieve Nederlander met een modaal inkomen, zag zijn bruto salaris door de jaren heen flink stijgen, al zijn die stijgingen niet ieder jaar even groot geweest.
De onderstaande tabel laat zien hoe het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld) zich sinds het jaar 2000 heeft ontwikkeld. Ook is het maandinkomen weergegeven, samen met de procentuele verandering ten opzichte van het voorgaande jaar. Deze cijfers bieden een helder overzicht van de inkomensgroei en geven inzicht in hoe het gemiddelde Nederlandse loon zich heeft aangepast aan veranderende tijden.
| Jaartal | € Bruto Modaal Inkomen | € Bruto Maandsalaris (incl. vakantiegeld) | % Verandering t.o.v. vorig jaar |
|---|---|---|---|
| 2000 | 24.958 | 2079,83 | 3,80% |
| 2001 | 27.000 | 2250,0 | 8,20% |
| 2002 | 28.000 | 2333,33 | 3,70% |
| 2003 | 28.500 | 2375,0 | 1,80% |
| 2004 | 29.000 | 2416,67 | 1,80% |
| 2005 | 28.500 | 2375,- | -1,70% |
| 2006 | 29.500 | 2500,- | 3,50% |
| 2007 | 30.000 | 2625,- | 1,70% |
| 2008 | 31.500 | 2708,33 | 5,00% |
| 2009 | 32.500 | 2708,33 | 3,20% |
| 2010 | 32.500 | 2750,- | 0,00% |
| 2011 | 33.000 | 2750,- | 1,50% |
| 2012 | 33.000 | 2750,- | 0,00% |
| 2013 | 32.500 | 2708,33 | -1,50% |
| 2014 | 33.000 | 2750,- | 1,50% |
| 2015 | 33.000 | 2750,- | 0,00% |
| 2016 | 33.500 | 2791,67 | 1,50% |
| 2017 | 34.000 | 2833,33 | 1,50% |
| 2018 | 34.500 | 2875,- | 1,50% |
| 2019 | 35.000 | 2916,67 | 1,40% |
| 2020 | 36.000 | 3000,- | 2,90% |
| 2021 | 37.000 | 3083,33 | 2,80% |
| 2022 | 39.000 | 3250,- | 5,40% |
| 2023 | 41.500 | 3458,33 | 6,40% |
| 2024 | 44.000 | 3666,67 | 6,00% |
| 2025 | 46.500 | 3875,- | 5,70% |
De cijfers worden jaarlijks vastgesteld door het CPB, het Centraal Planbureau. Eén van de taken van het CPB is het opstellen van ramingen (begrotingen) en prognoses. Bij het opstellen van de Rijksbegroting zijn de ramingen van het CPB een belangrijke informatiebron. Alles is opgenomen in de periodieke CPB-ramingen.
Het onderstaande geeft hiermee meer achtergrondinformatie bij de uitleg van het begrip.
Waarbij speelt het begrip modaal inkomen een rol?
Het CPB gebruikt het begrip modaal inkomen als referentiepunt in haar ramingen en overige publicaties. Omdat dit van toepassing is op de grootste groep werkende Nederlanders, is het een logisch en voor de hand liggend ijkpunt.
Overheidsmaatregelen die invloed hebben op inkomens van Nederlanders worden doorgerekend met het modaal inkomen als referentiepunt. Zo worden de effecten van overheidsmaatregelen op inkomens gerelateerd aan de grootste groep werkende Nederlanders. Er kan op deze wijze een aardig beeld worden geschetst van de effecten op de werkende bevolking omdat de grootste groep werkenden als referentie wordt gebruikt.
Overigens moet worden gezegd dat het CPB zelf een andere (feitelijk zichzelf tegensprekende) definitie geeft in haar ramingen. Op de website van het CPB staat het volgende opgenomen onder deze term:
‘Vanaf 2013 is het modale inkomen het meest voorkomende inkomen. Het wordt berekend als 79% van het gemiddelde inkomen per arbeidsjaar, waarbij de 79% bepaald is met een historische cijferreeks. Tot en met 2012….’
Dus het is het meest voorkomende inkomen, maar tegelijkertijd wordt het ‘bruto modaal inkomen’ in de CPB-ramingen vastgesteld door een percentage te nemen van het gemiddelde inkomen per arbeidsjaar.
Dus is het ‘bruto modaal inkomen’ in de CPB-ramingen nu het meest voorkomende inkomen onder de werkende Nederlanders of niet?
Door de gebruikte definitie van het begrip ‘bruto modaal inkomen’ is dit niet helemaal helder. Dit terwijl overheidsmaatregelen die invloed hebben op de inkomens van Nederlanders wel worden berekend met dit inkomen als uitgangspunt.

Historische ontwikkeling Jan Modaal sinds 1970
Het Centraal Planbureau publiceert bij haar economische ramingen uitgebreide bijlagen met cijfers. Deze gegevens zijn openbaar en geven inzicht in de inkomensontwikkeling van de gemiddelde Nederlandse werknemer.
Volgens de cijfers uit de CPB-bijlagen is het jaarsalaris van Jan Modaal tussen 1970 en 2025 fors gestegen. In 1970 bedroeg het jaarinkomen nog omgerekend € 5.559,-. Voor 2025 wordt dit modaal inkomen geraamd op € 46.500,-. Dit betekent een stijging van maar liefst 736,5% in 55 jaar tijd!
Helaas betekent dit niet dat je dan ook een veelvoud aan koopkracht hebt vergeleken met iemand uit 1970. Dit komt door inflatie (toename van de hoeveelheid geld in omloop) aangezien dat er voor zorgt dat de waarde van elke euro afneemt.
De jaarlijkse procentuele stijging van het bruto modaal inkomen wordt vaak vastgesteld op het niveau van het jaarlijkse inflatiepercentage. Als de inflatie uitkomt op bijvoorbeeld 1,5%, dan wordt het bruto modaal inkomen verhoogd met 1,5%.
Hierdoor lijkt het alsof je meer te besteden hebt (stijging koopkracht), maar door de inflatie wordt deze stijging weer tenietgedaan. Als je 1,5% meer inkomen krijgt, maar de goederen en diensten die je kan kopen worden ook 1,5% duurder, betekent dit uiteindelijk een netto koopkrachtgroei van 0%.
Er is de laatste 55 jaar dus wel sprake van een absolute stijging in bruto modaal inkomen, maar qua koopkrachtstijging is er sprake van een horizontale lijn (‘nullijn’) of zelfs van een dalende lijn (daling in koopkracht).
Een voorbeeld: verhouding met inflatie en de huizenmarkt
Een goed voorbeeld van wat het effect is van inflatie, komt naar voren in een artikel gepubliceerd in juli 2024 op de website www.indebuurt.nl. In dit artikel dat gaat over de regio Leiden wordt gekeken naar hoe de huizenmarkt zich in Leiden verhoudt tot kopers met een modaal inkomen.
Wat blijkt? Iemand met een modaal inkomen in 2024 (€44.000,-) kan hiermee €208.771,- aan hypotheek krijgen, maar heeft een beperkte keuze uit 3 huizen, omdat er voor deze prijs verder geen huizen te koop staan in Leiden!
Als stel (waarbij het artikel ervan uitgaat dat beide personen een modaal inkomen verdienen) neemt de kans op een woning kopen wel iets toe, maar niet heel veel. Maximale hypotheek die het stel kan krijgen is ca. € 375.000,- en dit vergroot het aanbod enigszins: 6 woonhuizen en 28 appartementen. Maar dan is er nog geen rekening gehouden met specifieke wensen en de grote concurrentie tussen kopers (waarbij fors overbieden eerder regel is dan uitzondering).
Dit specifieke voorbeeld over het huizenaanbod in Leiden is tekenend voor veel andere plekken in Nederland. Zelfs voor werkenden die een modaal inkomen verdienen wordt een huis kopen steeds lastiger, laat staan voor starters die vaak nog niet hier aan zitten. Die zijn eigenlijk per definitie al kansloos op de huidige Nederlandse huizenmarkt.
Het later (of niet) kunnen kopen van een woning en daarmee het starten van een gezin, brengt niet alleen voor deze bevolkingsgroep (persoonlijke) tragedie met zich mee. Ook heeft dit negatieve maatschappelijke effecten tot gevolg. Zo stellen jonge stellen hun kinderwens uit (of soms volledige afstel) hetgeen bijvoorbeeld weer effect heeft op de bevolkingssamenstelling en de toekomstige beroepsbevolking. Zo kunnen problemen die nu acuut zijn een groot effect hebben op een maatschappij die nog decennia ver weg is.

Wat is het verschil tussen modaal inkomen en gemiddeld inkomen?
Een begrip dat vaak in één adem wordt genoemd met modaal inkomen is ‘gemiddeld inkomen’.
Alhoewel gevoelsmatig deze twee begrippen wellicht dicht bij elkaar liggen, zijn het wel degelijk begrippen die twee verschillende zaken betekenen. Hieronder wordt dit aangetoond middels een klein voorbeeld.
In een denkbeeldig land zijn er 20 werkenden. De jaarlijkse bruto inkomens zijn als volgt:
5 – 6 – 7 – 7 – 8 – 8 – 8 – 9 – 9 – 9 – 9 – 9 – 12 – 12 – 14 – 14 – 18 – 21 – 25 – 28
Het totaal van alle jaarlijkse bruto inkomens bij elkaar opgeteld komt uit op 238. Als hiervan het gemiddelde wordt genomen (238 gedeeld door 20) dan komt het gemiddelde inkomen uit op 11,9.
Als van bovenstaande reeks het modaal inkomen (het meest voorkomende inkomen) wordt bepaald, dan is de uitkomst hiervan 9. Er zijn namelijk 5 werkenden die 9 als jaarlijks bruto inkomen hebben en er is geen ander inkomen dat evenveel als of meer dan 5 keer voorkomt in bovenstaande reeks.
Uit dit simpele voorbeeld komt naar voren dat de begrippen gemiddelde inkomen (11,9) en modaal inkomen (9) leiden tot verschillende uitkomsten. Het gemiddelde inkomen ligt ca. 32% hoger dan het modaal inkomen, een aanzienlijk verschil.
Het is hierom van belang om scherp te hebben welk inkomen wordt vermeld in publicaties én om te weten hoe de verschillende inkomens precies tot stand komen. Dit om er zeker van te zijn dat er geen verkeerde of onterechte conclusies worden getrokken bij doorrekeningen waar deze inkomens als ijkpunt worden gebruikt.
Zie het modaal inkomen als maatstaf, niet als uitgangspunt
Het modaal inkomen van Nederland biedt een helder referentiepunt voor zowel werknemers als beleidsmakers in 2025. Met een bruto jaarsalaris van €46.500, inclusief vakantiegeld, weerspiegelt het wat een doorsnee fulltime werknemer in Nederland verdient. Dit cijfer helpt bij het beoordelen van koopkracht, het vaststellen van toeslagen en het voeren van salarisonderhandelingen. Of je nu je eigen inkomen wilt vergelijken of inzicht zoekt in economische trends, het modaal inkomen 2025 blijft een waardevolle maatstaf. Maar verlies je niet in de cijfers als je niet aan dit bedrag komt aan het eind van het jaar. Dit getal is namelijk de grootste groep van Nederlanders die hetzelfde verdienen.
Over de auteur
Rens Vestjens
Ik ben geen econoom. Geen financieel adviseur. Geen crypto-miljonair. Wat dan wel? Iemand die, net als jij misschien, dacht: “Hoe kan ik blijven genieten van kleine dingen, zonder dat geld telkens in de weg zit?” Op indeflatie.nl schrijf ik niet als econoom in driedelig pak, maar als nieuwsgierige Nederlander met een gezonde interesse in geld en slimme verdienmodellen. Ik ben iemand d...
Alle artikelen van Rens Vestjens







